Kneblinghausen

Hoogte ongeveer 380 tot 420 m boven zeeniveau

Historische bezienswaardigheid: Romeins kamp
Openbare voorzieningen: Schuttershal

Met het klooster Abdinghof in Paderborn als landheer komt het dorp Kneblinghausen in 1183 in de vorm van een akte van paus Lucius III in de gedocumenteerde geschiedenis terecht. De hoofdboerderij bleef tot het midden van de 14e eeuw een feodaal landgoed van de graven van Arnsberg.

Vanaf het begin van de 16e eeuw werd het dorp een van de 3 zogenaamde stadsdorpen van de stad Rübeck. Vanaf het begin van de 16e eeuw werd het dorp een van de drie zogenaamde stadsdorpen van de stad Rüthen en bleef het tot de eerste helft van de 19e eeuw deel uitmaken van de juridische en subjectieve vereniging van de mijnstad. Het dorp behoorde altijd al tot de parochie Meiste. Een kleine vakwerkkapel, voor het eerst gedocumenteerd in 1717 en afgebroken in 1902, was de voorganger van de huidige kerk, die werd gebouwd in neogotische stijl en ingewijd in 1911.

Aan het begin van de 20e eeuw werd een paar honderd meter ten zuidwesten van het dorp, naast de overblijfselen van een oude Germaanse nederzetting uit de 5e eeuw voor Christus, een grootschalig kampterrein met overgebleven wallen ontdekt, dat volgens archeologisch onderzoek van Romeinse oorsprong is en kan worden toegewezen aan de 1e eeuw na Christus. Het versterkte kamp was uitgerust met zogenaamde clavische poorten. Het versterkte kamp was uitgerust met zogenaamde "Klavikeltoren" (= trechtervormige ingangen), die ook symbolisch werden opgenomen in het wapen van het dorp als een speciaal lokaal historisch kenmerk.

Een nabijgelegen stoeterij fokt al meer dan 30 jaar succesvolle volbloeden voor de galop.

Meer informatie op: https://www.kneblinghausen.de